yellow shape
Publicatie

‘Ruimte voor ontwikkeling’

Vijf jaar duurde het Medefinancieringsstelsel II, het subsidieprogramma van het Ministerie van Buitenlandse zaken waar veel Nederlandse NGO’s hun programma’s mee financierden. Gedurende MFS II zijn de resultaten van de gefinancierde programma’s gezamenlijk geëvalueerd, zijn er lessen getrokken uit deze evaluaties en de resultaten toegankelijk gemaakt. 

In het in opdracht van Partos samengestelde boekje ‘Ruimte voor Ontwikkeling, reflecties over de resultaten van de MFS II-evaluatie’ halen consultant Wouter Rijneveld en journalisten Ellen Mangnus en Marc Broere de krenten uit de pap van de MFS II-evaluaties. Wat waren de belangrijkste conclusies en aanbevelingen? En wat kan de ontwikkelingssector ervan leren? 

“Uit diverse ervaringen bleek dat succesvol samenwerken gepaard gaat met een gezamenlijke strategie, wederzijds respect en vertrouwen.”

Samenwerken in allianties

MFS II kenmerkte zich door een grote nadruk op samenwerken in allianties. Uit diverse ervaringen bleek dat succesvol samenwerken gepaard gaat met een gezamenlijke strategie, wederzijds respect en vertrouwen, duidelijkheid over rollen en verantwoordelijkheden, tijd om elkaar goed te leren kennen, bewustzijn over ieders toegevoegde waarde en complementariteit. Succesvol samenwerken bleek moeilijk als de partners té veel van elkaar verschilden.
 

Professionalisering

Een andere trend betrof de toenemende professionalisering van NGO’s. Uitgaande van de opvatting dat professionalisering hetzelfde is als investeren in management, monitoring & evaluatie procedures en draagvlak gericht op het eigen voortbestaan, werd de provocerende stelling geponeerd dat door de nadruk op de eigen continuïteit ngo’s te weinig voortgang zouden boeken op het gebied van sociale transformatie. Kleine, minder geïnstitutionaliseerde bewegingen zouden dat beter kunnen. Daar werd tegenin gebracht dat je voor sociale verandering juist ook sterke organisaties nodig hebt, die met gewicht (dankzij omvang of netwerk) en gedurende langere tijd hun acties kunnen volhouden. Professionalisering kan op die manier opgevat worden als een professionele manier om jezelf te organiseren (adaptief en flexibel, met behoud van focus). Een andere, door veel aanwezigen herkende visie op professionalisering was tenslotte dat dat vooral moet worden opgevat als het steeds beter worden in wat je doet. 

Lees ook meer over het leertraject ‘Learning for the Future’, opgezet om te leren van MFS II. Bekijk ook deze poster ‘Influencing for learning (link: pdf met poster, in map) gebruikt tijdens de European Evaluation Society conferentie in 2016.