yellow shape
Belangenbehartiging & Beleidsbeïnvloeding Nieuws

Schreinemacher kiest terecht voor continuïteit, maar gokt met handel en hulpcombinatie

Vandaag presenteerde minister Schreinemacher de nieuwe Beleidsnota. Nederland intensiveert de komende jaren haar steun voor arme landen om de grondoorzaken van klimaatverandering, armoede, honger en conflict aan te pakken. Partos is hier verheugd over. Het nieuwe beleid voor ontwikkelingssamenwerking wordt echter meer aanbod-gestuurd dan vraag gestuurd. Er moet voor gewaakt worden dat dit niet leidt tot ‘gebonden hulp’.  

24 juni 2022

Koers van continuïteit voor ontwikkelingsresultaten

In het hoofdstuk over ontwikkelingssamenwerking komen belangrijke thema’s aan de orde, zoals klimaatactie, voedselzekerheid, water, mondiale gezondheid en SRGR, veiligheid en rechtsorde, gendergelijkheid, digitalisering en versterking maatschappelijk middenveld. Hiermee wordt ingezet op continuïteit; van groot belang om werkelijk duurzame ontwikkelingsresultaten te boeken. Partos is tevreden over deze koers van continuïteit. Het is verder een betekenisvolle stap dat de minister het noodhulpbudget significant en structureel verhoogt om recht te doen aan de sterk gestegen humanitaire noden in de wereld. 

Het is goed te lezen dat de Nederlandse overheid trots is op de strategische samenwerking met maatschappelijke organisaties. Het is ook goed om terug te zien dat minister Schreinemacher de inzet van Partos en de Nederlandse ontwikkelingssector deelt voor gelijkwaardigere samenwerking met internationale partnerorganisaties.  

Met betrekking tot de inzet van bedrijven in lage- en middeninkomenslanden, vindt Partos het goed als bedrijven gestimuleerd worden maatschappelijk verantwoord te gaan werken. Hierbij is het cruciaal dat zowel Europese als Nederlandse nog in te voeren IMVO-wetgeving volledig in lijn is met internationale richtlijnen van de OESO en de VN. Er moet voor gewaakt worden dat het gebonden hulp wordt. Daarvan zou sprake zijn als bij de besteding van ODA-middelen gestuurd wordt op besteding via Nederlandse bedrijven. Bij ODA-middelen moet namelijk primair de ontwikkelingsimpact voorop staan, niet het belang van de BV Nederland.  

Combinatie hulp & handel een gok

Ten slotte een kritische noot over de combinatie van hulp en handel. Minister Schreinemacher neemt met de keuze voor deze combinatie een gok. De IOB heeft zich in twee recente evaluaties kritisch uitgesproken over het handel en hulpinstrumentarium. ‘De additionaliteit van het beleid is over het algemeen minder evident’, schrijft de IOB over het bedrijfsleven instrumentarium, ‘het is niet altijd duidelijk in hoeverre de overheidsinterventie noodzakelijk was (bijvoorbeeld voor private investeringen), en waarom er een taak voor de overheid lag’. De onderzoekers constateerden verdringing van marktpartijen en stelden dat het ‘grotendeels onbekend’ is of de betreffende programma’s hun ontwikkelingsdoelen op lange termijn halen. Voorts was ‘weinig inzicht in ontwikkelingsimpact, zoals meer investeringen, meer en betere banen, en toegenomen inkomsten voor huishoudens’.  

Bovendien stelt de IOB dat beleidsmakers en uitvoerders te veel uitgaan van trickle downmechanismen (d.w.z. dat effecten van interventies na verloop van tijd doorsijpelen naar armere bevolkingsgroepen), terwijl hier geen overtuigend bewijs voor is. In 2021 werd het falen van een trickle downeconomie onderkend door de Amerikaanse president Biden: ‘Trickle-down economics has never worked’. In plaats daarvan kan beter geïnvesteerd worden in het omgekeerde: een Trickle Up benadering, met andere woorden richt je eerst op de verbetering van de positie van armere groepen.