In deze tijd van geopolitieke spanningen en globale uitdagingen als armoede, klimaatverandering, conflicten en afkalving van de internationale rechtsorde, zou een intensivering van onze ontwikkelingsinzet gerechtvaardigd zijn. Dat maakt deze bezuiniging onbegrijpelijk en kortzichtig. Juist in tijden van crisis moeten we investeren in duurzame ontwikkeling voor stabiliteit, vrede en veiligheid, aldus Liana Hoornweg, directeur van Partos, de branchevereniging voor ontwikkelingssamenwerking die meer dan 100 ontwikkelingsorganisaties vertegenwoordigt.
Gebonden hulp
Over het betrekken van het bedrijfsleven is veel te zeggen. Enerzijds is het positief als bedrijven zich ook inzetten voor duurzame ontwikkeling. Anderzijds moet vanuit de overheid opgepast worden voor gebonden hulp. Uit recent onderzoek van het ministerie zelf naar het handel en hulpinstrumentarium blijkt dat het ‘grotendeels onbekend is’ of dat soort programma’s hun ontwikkelingsdoelen op de lange termijn halen. Bovendien stelt onderzoekers van het ministerie (IOB) dat beleidsmakers en uitvoerders te veel uitgaan van trickle down–mechanismen (d.w.z. dat effecten van interventies na verloop van tijd doorsijpelen naar armere bevolkingsgroepen), terwijl hier geen overtuigend bewijs voor is. In plaats daarvan kan beter geïnvesteerd worden in het omgekeerde: een Trickle Up benadering, met andere woorden richt je eerst op de verbetering van de positie van groepen in kwetsbare situaties. Het nieuwe beleid maakt helaas van ontwikkelingssamenwerking een subsidiepot voor het Nederlandse bedrijfsleven over de rug van mensen in de moeilijkste omstandigheden.